Een kruipruimte (ook wel kruipkelder genoemd) bevindt zich onder de vloer van je huis. Het is een kleine, lage ruimte van vaak niet meer dan tachtig centimeter hoog, die onder de hele begane grond loopt. Je kunt de kruipruimte bereiken door een zogenoemd kruipluik, dat vaak bij de voordeur van het huis te vinden is. In een kruipruimte kan je je enkel kruipend voortbewegen, vandaar de naam. Doorgaans zijn er meerdere toegangen tot de kruipruimte in de vloer van de benedenverdieping. De bodem van de kruipruimte is doorgaans bedekt met een laagje schoon zand. De kruipruimte wordt voornamelijk gebruikt om leidingen uit het zicht te onttrekken, zoals waterleidingen, rioolbuizen, elektrakabels en verwarmingsbuizen. Onder het kruipluik bevindt zich ook in de meeste huizen de hoofdkraan van de waterleiding. Dit is immers de plek waar de waterleiding het huis binnenkomt.
Klimaat kruipruimte
In tegenstelling tot de rest van je huis is de kruipruimte niet verwarmd, maar heerst er dankzij het directe contact met de aardbodem een vochtig en koud klimaat. De ventilatie van een kruipruimte is zwak. Ventilatie van een kruipruimte heeft als functie dat de lucht in een kruipruimte niet stilstaat en dus niet te vochtig wordt. Hier wordt echter bij de bouw van een woning niet altijd rekening mee gehouden. De kruipruimte is dus doorgaans maar zelden goed genoeg geventileerd.
Vocht in kruipruimte
Bij de aanleg van kruipruimtes wordt ook niet altijd rekening gehouden met de bemalingsniveaus van in de omgeving liggende kanalen en sloten. De kruipruimte moet dus boven de hoogste grondwaterstand worden aangelegd. Met deze normen wordt echter bij de bouw van een woning ook niet altijd rekening gehouden. Hierdoor verzamelt zich in deze ruimte vaak vocht, dat uiteindelijk schimmel veroorzaakt. De schimmel kan vervolgens weer aanslag hebben op de leidingen in de kruipruimte, waardoor het vocht zich langzamerhand door het gehele huis uitspreidt. Om die reden kan het in huis koud en bedompt aanvoelen, zeker in de winter als de rest van je huis wél verwarmd is. Er ontstaat dan namelijk een zogeheten “trek”: de koude lucht wordt door de bovenwoning aangezogen. Behalve dit alles heeft een blank staande kruipruimte nadelige gevolgen voor werkzaamheden en onderhoud aan een woning. Die worden immers sterk bemoeilijkt. Ook zijn er in een kruipruimte altijd wel minder beschermde materialen aanwezig. De levensduur van deze materialen wordt ook ernstig verminderd door vocht. Een natte kruipruimte zorgt er ook voor dat de beneden vloer van een woning koud aanvoelt. Om een behaaglijk resultaat te verkrijgen is meer verwarming nodig. In het ergste geval is de vloer van de begane grond onvoldoende vochtdicht. In dit geval kan het vocht zich ook gemakkelijk door de woning verspreiden. In de bodem van een huis kan hierdoor betonrot ontstaan, wat de constructie van een huis aantast. Ook dit heeft op zijn beurt weer schimmelvorming tot gevolg. Schimmelvorming in een huis is doorgaans de oorzaak van allerlei gezondheidsproblemen bij de bewoners. U mag dan denken aan stijve spieren, reumatische klachten, astma en bronchitis. Door middel van kruipruimte isolatie kan je dergelijke problemen voorkomen.